Voorafgaand aan het seizoen was het voor VEP een duidelijke doelstelling. De ploeg wilde promoveren naar de derde klasse, maar dat bleek een doelstelling te zijn die te hoog gegrepen was. De ploeg eindigde in de middenmoot waarbij het te goed was voor de mindere goden, maar uiteindelijk ook niet opgewassen was tegen de topploegen uit de vierde klasse.
“Het is niet gelukt om ons doel te halen. We hebben daarin ook een stukje pech gehad, want er zijn uiteindelijk veel ploegen gepromoveerd. De manier waarop we geëindigd zijn, doet vermoeden dat we wisselvallig waren, maar we hebben wel vrij constant rond de vijfde of zesde plek gestaan”, vertelt trainer Reinier van der Leij. Het gaat dwars tegen het gevoel van de laatste periode in toen de ploeg ogenschijnlijk wisselvallig presteerde.
Uiteindelijk was de middenmoot het hoogst haalbare en dat lag niet aan een verloren wedstrijd tegen laagvlieger Roodenburg, maar juist tegen de concurrenten om promotie. “Een wedstrijd als tegen Roodenburg kan altijd gebeuren, maar in de onderlinge partijen tegen clubs die ook bovenin stonden hebben we het af laten weten”, vertelt Van der Leij waarna hij zijn uitspraak staaft met verschillende voorbeelden uit het afgelopen seizoen. “In het begin hebben we nog wel voor verrassingen kunnen zorgen, maar dat hebben we later te weinig gedaan. Dan val je buiten de prijzen.”
Vooral na het wegvallen van Floreant uit de competitie lukte het steeds moeizamer om een resultaat tegen de topploegen te behalen. “Daar hebben we het liefst niet over, maar het dreunt toch na. Plotseling ging het toch minder goed en heeft het wellicht ook onbewust meegespeeld’, vertelt Van der Leij over de situatie. VEP moest daardoor enkele punten en plekken op de ranglijst inleveren en profiteerde allesbehalve van de ontstane situatie.
“Ik ben uiteindelijk wel tevreden hoor. We hebben leuke wedstrijden meegemaakt en op Altior na zijn we nergens afgeslacht. Delen van wedstrijden zijn we de bovenliggende partij geweest, maar dat hebben we niet hele wedstrijden lang kunnen volhouden. Dat moet wel als je bovenin wil eindigen. Niet dat we achter de feiten hebben aangelopen, maar we hebben gewoon niet hele wedstrijden in handen gehad. Dat moet natuurlijk wel als je bovenin mee wil draaien”, aldus de oefenmeester.
Het belangrijkste probleem aan de kant van VEP was het gebrek aan scorend vermogen, maar uiteindelijk vond men daar in de persoon van Lars van der Sluis een oplossing voor. De jonge spits toont aan dat hij een neusje voor de goal heeft en dat hij zoveel zou scoren had ook Van der Leij niet helemaal voor mogelijk gehouden. “Qua voetbal stak hij er niet bovenuit. Je denkt wel dat er iets in zit, maar hij heeft onze verwachtingen ook overtroffen. Het scorend vermogen is daarmee omhoog gegaan”, aldus de trainer die Van der Sluis richting het einde van de competitie een basisplek schonk.
Het was in eerdere fases van het seizoen juist het probleem. Winnen deed de ploeg wel van de mindere goden, maar niet met die doelpuntenaantallen die de topploegen lieten aantekenen. “We hebben te weinig gescoord en te weinig afgedwongen op moeilijke momenten. Als je niet genoeg scoort, komt er ook druk op de verdediging te staan”, weet Van der Leij. “Dit terwijl onze verdediging wel goed staan met daarachter een hele goede keeper.”
Van der Leij heeft uiteindelijk slechts twee woorden nodig om het seizoen samen te vatten: “Net niet”, aldus de trainer. “We hebben ons best gedaan en er alles voor gedaan om zo hoog mogelijk te eindigen. We hebben ook altijd interessante wedstrijden gehad, dusja”, vertelt de trainer.
Foto: Justin Egberts; archief