Nick van Baaren kroonde zich het afgelopen jaar, met elf treffers, tot topscoorder van Sportlust ’46. Het vormt het laatste huzarenstukje dat de inwoner van Oudewater heeft opgevoerd voor de Woerdense vereniging. Het komende jaar keert hij terug naar zijn jeugdliefde UNIO.
Het is een opvallend gegeven. De topscoorder van een kampioen die niet verder komt dan elf treffers. Nick van Baaren heeft de verklaring paraat. “Wij hebben meer spelers die een doelpunt kunnen maken. Het Ajax uit de eerste klasse.” De aanwezigheid van scorend vermogen vormde inderdaad een geduchte kwaliteit van Sportlust ’46. Het spel werd het afgelopen jaar niet opgehangen aan één scorende spits.
Van Baaren had te maken met een geduchte concurrent. “Mitch van der Vlist en ik wisselde elkaar veel af. De speeltijd die we kregen kwam ongeveer neer op een fifty-fifty verdeling.” In dat kader zijn de elf treffers die de spits liet aantekenen niet eens zo heel weinig. “Ik ben ongeveer tot een veertien optredens gekomen. Dat is dan nog een aardig gemiddelde.” Wanneer je de treffers van beide spitsen bij elkaar optelt kom je alsnog tot een respectabel aantal van 21 doelpunten. Een aantal dat meer past bij een topscoorder.
Nog niet zo heel lang geleden dacht Van Baaren eraan om in zijn totaliteit met het voetballen te stoppen. “Mijn achillespees sputterde tegen. Uiteindelijk heeft de trainer mij klaargestoomd om weer helemaal fit te worden. Dat is ook gelukt.” Het was direct zichtbaar in het spel van de krachtige spits. “Je valt in eerste instantie terug op basiskwaliteiten. Dat is bij mij het koppen en een bal vasthouden. Daarna ga je weer meer dingen proberen.” Het leidde tot een aantal wonderschone treffers tijdens het slot van de competitie.
Mede door zijn twee treffers in de laastste wedstrijd van het seizoen stak hij Van der Vlist voorbij op de topscoorderslijst. “Het is leuk hoor, topscoorder worden, maar daar heb ik het nooit voor gedaan”, vertelt hij eerlijk. “Ik vind het veel mooier dat we direct weer terugkeren naar naar de hoofdklasse. De degradatie voelde toch een beetje als falen. Dit was perfect om af te sluiten.”
Ondanks dat de Oudewaterse goalgetter het afgelopen jaar zijn visitekaartje heeft afgegeven, vertrekt hij naar zijn jeufdliefde UNIO. “De combinatie met mijn werk wordt steeds drukker. Juist het maatschappelijk aspect wil ik de voorrang gaan geven. Daarnaast heb ik twaalf jaar lang op een hoog niveau gevoetbald. Dan is het ook eens mooi geweest.” Van Baaren komt hiermee een oude belofte na. “Ik heb altijd gezegd nog eens terug te keren naar UNIO. De ploeg moet dan nog wel wat aan mij hebben. Het moet niet zo zijn dat ik niets meer kan betekenen voor het team.”
De overstap doet een beroep op het aanpassingsvermogen van de 31-jarige spits. Na jarenlang op de zaterdag gespeeld te hebben, zal dit nu op de zondagmiddag plaatsvinden. “Dat zal wel even wennen zijn. Wat ik altijd lekker vond is dat de zaterdag in het teken stond van de sport. Daarna hoefde je nergens meer op te letten. Het was dan mogelijk om ’s avonds iets met vrienden te doen. Dat kan nu ook wel, maar dan op de vrijdagavond.” Echter, ook hier heeft Van Baaren zijn twijfels over. “Ik zeg altijd zo: “als je te ver door het geluid gaat, kan je daar op latere leeftijd twee dagen last van hebben.””
Genoeg oude bekenden zal de spits tegen komen. “Op de club lopen veel familieleden en kennissen rond. Ik ga ook met drie neefjes en veel vrienden voetballen.” Uit zijn woorden valt af te leiden dat hij terugkomt op een oud en warm nest. “Ik voel deze stap ook niet als afbouwen. Het is een belofte die ik nakom. Daarnaast zal ik ook niet twee stapjes terug doen. Het niveau wat ik bij Sportlust ’46 had, dat wil ik ook hier halen.”
Toch, wanneer Van Baaren kijkt naar de competitie indeling van Sportlust ’46 kijkt, baalt hij een klein beetje. “Natuurlijk denk je toch wel “ah, shit”.” Al snel maakt deze gedachte plaats voor de relativering. “Al deze wedstrijden heb ik al gespeeld. Zo blijft er elk jaar wel iets. Wanneer ik die ervaring nog niet gehad zou hebben, dan was het een ander verhaal”, sluit Van Baaren af.
Foto: Justin Egberts
