Sportlust ’46 is op zaterdag tegen een smadelijke 1-0 nederlaag aangelopen. SV Nootdorp bleek niet zozeer te sterk, maar was wel dodelijker voor het doel. Sportlust ’46 miste teveel kansen om de wedstrijd naar zich toe te trekken.
“Binnen mijn analyse zijn we tot 31 momenten voor het doel gekomen. Dat waren niet allemaal kansen, maar wel momenten in het strafschopgebied waar we via aanvallen kwamen. Daarnaast zijn we geloof ik vier keer alleen op de keeper afgegaan. Dat zijn honderd procent kansen. Verder vuurden we nog heel veel schoten af op het doel, geblokte schoten en voorzetten waar net iemand voor komt”, de opsomming aan mogelijkheden die trainer Wim van ’t Westeinde uit, is typerend voor het duel. Of de keeper was een sta in de weg of de bal werd niet tussen de palen geschoten.
Het duel kende niet alleen vele gemiste kansen van Sportlust ’46 als opvallend verschijnsel. SV Nootdorp zocht geregeld het randje op en wilde daar nog wel eens overheen gaan. Het resulteerde in driemaal een rode prent. De laatste rode kaart viel pas tegen het einde, maar rond het uur stonden de bezoekers al met negen man op het veld. “Zij hingen toen voor de pot. Wanneer wij daar ook veel mensen neerzetten wordt het lastig. Het enige dat we misschien onszelf kunnen verwijten is dat het dus te druk in de doelmond werd.” De zelfkritische blik siert Van ’t Westeinde.
Dat het te druk wordt voor de doelmond. Dat er een lastige tegenstander tegenover je staat. Het zijn allemaal randzaken waarover niemand het zou hebben wanneer Sportlust ’46 zelf vier treffers gemaakt had. Dit was immers mogelijk. Daar lag daadwerkelijk het probleem van de middag. “Ik heb daarover wel een dubbel gevoel. Het gebeurt ook in het betaalde voetbal. PSV speelde op zo’n manier nog gelijk tegen FC Groningen”, weet Van ’t Westeinde. “Het is alleen ‘lullig’ om er de competitie mee te beginnen. Wanneer het in de negende speelronde gebeurt, zegt iedereen dat het kan gebeuren.”
“SV Nootdorp was denk ik niet de best voetballende ploeg waar we dit seizoen tegenover hebben gestaan, maar ze gaven wel de meeste weerstand. Ik bewonder de overlevingsdrang die ze hadden, maar dit ging af en toe wel wat te ver.” Tevreden is de trainer wel over de manier waarop zijn ploeg deze weerstand oppakte. “Wij gingen er goed mee om, ook op voetballend gebied. We werden niet heel nerveus en bleven wel redelijk aanvallen.” Uiteindelijk sluit de oefenmeester af met duidelijke, positieve woorden. “Ik denk dat de mensen van Sportlust ’46 een elftal hebben gezien waar je met plezier naar kan kijken.”
Foto: Justin Egberts; archief