Mike van Oostrom (30) staat aan de vooravond van zijn derde periode in zijn voetballoopbaan bij Montfoort SV ’19. Hij vertrok toen de club fuseerde, maar keert terug om een plezierige herfst van zijn carrière tegemoet te gaan. Alle aanleiding voor een gesprek met Van Oostrom over zijn overgang van DHSC naar Montfoort SV ’19.
Het achtste seizoen, verdeeld over drie perioden, gaat Van Oostrom komend jaar in bij de oranjehemden. Tien jaar geleden maakte hij de glorieperiode van de club mee. Hij promoveerde na een zinderende nacompetitiefinale tegen CSV Apeldoorn. De tijden zijn veranderd. Zijn teamgenoten van toen zijn nu betrokken bij het tweede elftal. Hijzelf komt nu binnen als een voetballer die gepokt en gemazeld is in de top van het amateurvoetbal. Het zorgt ook voor een andere rol bij de centrale verdediger. ,,Als ik komend jaar mijn ervaring kan overbrengen zodat we als team vooruit komen, dan doe ik dat graag.”
Van Oostrom graaft in zijn eigen herinnering. Hoe hij als jonge speler overkwam vanuit de jeugd van Alphense Boys en flink moest aanpoten. ,,Voetballen kon ik toen echt wel. Ik weet nog dat ik in de jeugd tegenover Marco van Ginkel stond bijvoorbeeld. Maar bij de senioren is het mannenvoetbal. Dat is echt wat anders. Ondanks dat ik van een hoog jeugdniveau afkwam, moest ik echt flink aanpoten. We speelden in de eerste divisie tegen bijvoorbeeld de A1 van Vitesse en Zwolle, maar ook de A2 van Ajax. Bij Montfoort had ik toen Jeroen de Vlieger naast mij staan. Daar leerde ik veel van en in mijn rol als centrale verdediger groeide ik daardoor. Dat hoop ik nu over te brengen op de selectie.”
In die rol beseft de verdediger ook dat hij komend seizoen waarschijnlijk niet om het kampioenschap zal gaan spelen. ,,Het niveau is niet meer zoals voorheen. Toen we promoveerden naar de topklasse hadden we een gouden lichting. Nu is het beleid ook veranderd en willen ze bij de club veel Montfoortse jongens in het eerste elftal. Ik vind dat in deze selectie veel potentie zit, maar van wat ik nu heb gemerkt is dat het nog wel wat aan coaching ontbeert”, merkte hij al op. DHSC heeft hem de toestemming verleend om al met de Montfoortse eersteklasser aan de slag te gaan. ,,Met deze selectie mik ik op een plekje in de middenmoot.” Het zijn de twee eerdere periodes bij de Montfoort SV ‘19 die ook bij zijn familie zijn blijven hangen. ,,Die komen erg graag op de club. Ik heb ook begrepen dat het sinds de fusie er alleen maar gezelliger op is geworden.”
Het was zo ongeveer een maand geleden dat het nieuws naar buiten kwam dat Van Oostrom de Utrechtse volksclub DHSC zou verlaten. Maar waarom vertrok hij bij een hoofdklasser die meespeelt om het kampioenschap naar een elftal dat in de middenmoot van de eerste klasse speelt? Veel bleek te maken te hebben met de gang van zaken tijdens de coronaperiode waarin voetbal niet mogelijk was. ,,Bij DHSC hebben we helemaal niet doorgetraind. Dat was vorig jaar ook het geval overigens. We kregen nu in de eerste week wel wat oefeningen mee, maar dat verwaterde ook. Uiteindelijk was het erg stil in de groepsapp en hadden we onderling vrijwel geen contact. Ik wilde weer plezier beleven bij een club. Dat was voor mij een van de redenen om te vertrekken”, aldus de verdediger die eerder de omgekeerde weg bewandelde. ,,Toen wilde ik vooral weer in de hoofdklasse voetballen, maar ook financieel was dat aanbod niet te weigeren.”
Op conditioneel vlak heeft hij dus een achterstand opgelopen, maar daar is hij hard mee aan het werk om die achterstand weer in te lopen. ,,Ja, dan is het inderdaad fijn om een lange aanloop naar het komende seizoen te hebben”, lachte hij. ,,Nu heb ik niet voor het geld gekozen, maar vooral om de laatste jaren van mijn loopbaan nog lekker te kunnen voetballen. Nu met corona is het belangrijk om plezier te hebben met de jongens om je heen. Dit jaar was ik heel fit en ik merkte dat ik goed mee kon op het niveau van de hoofdklasse. Uiteindelijk heb ik de afweging moeten maken of ik met minder plezier in de hoofdklasse wilde blijven of dat ik met meer plezier bij een andere club ga spelen. De eerste indruk is weer fijn. Ik ben door de oude bekenden weer met open armen ontvangen.”