Komend seizoen zal er het nodige gaan veranderen binnen de jeugdopleiding van Sportlust ’46. Drijvende krachten hierachter zijn Robbert de Ruiter (Hoofd Jeugdopleiding) en Diede van der Zee (technisch coördinator onderbouw). Aan de hand van de opleidingspiramide doen de twee hun verhaal.
Het zonnetje schijnt op het hoofdveld waar de O15 een training afwerkt. Aan de picknicktafel op het terras van Sportlust ’46 nemen De Ruiter en Van der Zee hun plek in. Niet per uitzondering spreken de twee dolenthousiast in metaforen over de toekomst van hun club. Een toekomstbeeld van een grote club op Sportpark Cromwijck en dus een fusie tussen VEP en Sportlust ’46 komt ter sprake, maar vooral spreken de mannen over de voetbalopleiding van Sportlust ’46.
Onderbouw
,,Laten we maar aan de onderkant beginnen”, stak Van der Zee van wal. ,,Normaliter is het zo dat als je beter bent, je in een hoger team speelt. Het komende seizoen willen wij aan de slag met gelijke kansen. Dat houdt in dat je doordeweeks dezelfde trainers hebt en dezelfde oefenstof als iedereen. Je kan je dus gelijkwaardig ontwikkelen. Dat krijgt ook vorm in een circuittraining.”
Het idee achter het plan is dat jeugdspelers in de huidige situatie te snel worden afgeschreven. Ben je als achtjarige niet goed genoeg? Dan krijg je in ieder geval niet dezelfde kansen om je te ontwikkelen en in de praktijk zal het gat alleen maar groter worden. ,,Mentaliteit kan dan doorslaggevend gaan worden. Op termijn is de kans zo groter dat spelers, ook wanneer ze zich later ontwikkelen, hun potentieel verwezenlijken. Bij de club en in het land zijn er daar hele mooie voorbeelden van.”
Om ook de trainers te kunnen ondersteunen gaat het tweetal verder. ,,Voor een amateurclub op ons niveau is dat redelijk revolutionair inderdaad. We hebben ook jeugdvoetbalopleiding.nl in de arm genomen zodat ook trainers begeleid gaan worden. Ik en Robbert komen er nu niet aan toe dat te doen. Daarbij gaan ze ook interne opleidingen verzorgen waardoor het niveau van onze trainers zal gaan stijgen.”
Middenbouw
,,Hier wordt het helemaal revolutionair”, kleedt Robbert de Ruiter zijn verhaal vast aan. ,,We gaan hier heel breed beginnen vanuit de onderkant, om uiteindelijk te beginnen met selecteren. Het is dan de bedoeling dat de eerste twee teams uit een leeftijdsgroep intensief samenwerken. Over betere tien spelers en de mindere tien spelers zal weinig discussie zijn en lijken in de praktijk ook weinig te maken te krijgen met elkaar”, steekt hij maar van wal. ,,Juist de focus op de middelste tien wordt belangrijk. Die zullen bij bijvoorbeeld de O15-1 op de bank zitten en minuten bij de O15-2 maken.”
Het plan is er vooral op gericht om de leerlijnen niet rigide dicht te gooien, maar deze juist open te houden. ,,Bij het onderwijs moet ook de weg van VMBO-t tot VWO open zijn, dat streven wij ook na binnen de club. Spelers kunnen op deze manier ook in de leeftijdsgroepen zich gaan opwerken. Iets dat overigens in een heel vriendelijk sportklimaat moet gaan, niet zoals bij de betaald voetbal organisaties. Hier gaan spelers ook te maken krijgen met andere vaardigheden zoals omgaan met tegenslag. Dat is wellicht in het verleden wel eens te laat in de opleiding aan bod gekomen.”
Het komende seizoen zal er dus een duidelijke lijn worden aangebracht in de manier van opleiden. Niet alleen de visie op ontwikkeling heeft duidelijk gestalte gekregen, maar tegelijkertijd is er opleidingsbreed aandacht voor dezelfde thema’s. ,,De opleidingen voor onze trainers is niet alleen voor ‘de welwillende ouder’, maar ook voor onze selectietrainers bijvoorbeeld. Tijdens zo’n bijeenkomst wordt ook het jaarprogramma toegelicht. Iedereen traint dus aan de hand van dezelfde thema’s. Trainers behouden daarin wel vrijheid, want uiteindelijk vul je het bij de O14-1 anders in dan bij de O14-3. Dat is de differentiatie van een trainer”, vertelde De Ruiter.
Bovenbouw
,,In de bovenbouw valt en staat alles met de aantallen, maar in de ideale situatie formeren we van de O15-1, O15-2 en O16-1 een nieuw te formeren O17-1”, schetste De Ruiter. Daar ontstaat dus een eerste, harde selectie binnen de opleiding. ,,Bij de middenbouw hebben we ook gezegd dat wanneer een tweede team het niveau ontbeert of te weinig ambitie heeft we daar ook geen selectie meer van maken.” Vervolgens vult Van der Zee aan: ,,Het is ook zo belangrijk om onderin de kwantiteit op orde te hebben, dan is de kans op kwaliteit ook groter.”
Op het einde kijken de heren nog breder dan enkel Sportlust ’46. ,,We zitten hier wel met een Sportlust ’46 jas aan, maar we denken veel verder. We denken aan de voetbalontwikkeling van Woerden. Als er spelers van buitenaf naar Sportlust ’46 komen, dan moet er niet gedacht worden dat het vervelend voor die club is. Als ze het bij Sportlust ’46 dan niet redden, keren ze vanzelf terug. Indirect leid je dan ook op voor de clubs in de omgeving”, vond De Ruijter. Van der Zee: ,,Wat we ook bij Sportlust ’46 zien, geldt voor de gehele regio Woerden. Het is denken aan jezelf, terwijl we elkaar nodig hebben en het belang van het kind voorop moeten hebben staan.”