Siveo ’60 trad dinsdagavond aan tegen Altior. De wedstrijd eindigde in een 1-1 gelijkspel. Hiermee behouden beide ploegen kans om tot de volgende ronde van het bekertoernooi door te dringen. Trainer Herman Verrips was tevreden met het spel dat hij heeft gezien.
“We speelden tegen een zeer verdedigende ploeg. Altior loerde enkel op de counter.” Het spelen tegen ploegen die deze tactiek hanteren is altijd lastig. Ajax kan hierover mee praten. In de ontmoeting met FK Jablonec in de voorronde van de Europa League kende ook de Hoofdstedelingen problemen om de opgetrokken muur te doorbreken. “Ik ben tevreden over ons getoonde veldspel. We hebben het goed gedaan”, aldus Verrips. “We hebben veel op de helft van de tegenstander gespeeld.”
Siveo ’60 maakte het zichzelf nog lastig door tegen een achterstand op te lopen. Uit een counter profiteerde Altior van de geboden mogelijkheid. Het maakte de wedstrijd er niet gemakkelijker op voor de Zegvelders. “Hier hebben we goed op gereageerd. Ik kan de ploeg niets verwijten nadat we ongelukkig op achterstand zijn gekomen. Ze hebben er alles aan gedaan.” Verrips is duidelijk tevreden over de prestatie van zijn ploeg.
Verrips was niet enkel tevreden. Aanknopingspunten ontgingen de Utrechter niet. “We leden af en toe nog slordig balverlies. Daarnaast zaten er nog enkele kleine foutjes in het spel.” Al snel zag de oefenmeester weer positieve aspecten opdoemen. “De patronen die ik wil zien kwamen al naar voren toe. Het gaat de goede kant op.”
Tot slot waagde Verrips zich nog aan een voorspelling voor de laatste speelronde in de bekerpoule. “We maken een goede kans om door te gaan.” In deze laatste ronde speelt Siveo ’60 tegen Zwammerdam. Altior, die net als Siveo ’60 vier punten heeft en daarmee medekoploper is, treed aan tegen Bodegraven. “Ik denk niet dat Bodegraven drie keer op rij wil verliezen. Die zullen er dus alles aan doen om een resultaat neer te zetten.” De realiteit komt ook gelijk om de hoek kijken bij de nuchtere Utrechter. “Het is leuk om door te gaan, maar de beker gaan we niet winnen.”
Foto: Justin Egberts (archief)
