Dinsdagavond, na afloop van het treffen tussen FC Oudewater en WDS, was trainer Harry Akkermans ietwat teleurgesteld in het optreden van zijn ploeg. Ondanks voldoende gecreëerde kansen was de oefenmeester niet te spreken over het optreden van zijn ploeg in vooral de tweede helft van het duel. Hij hoopt op een eye-opener.
Op het eerste oog leek het spel van FC Oudewater redelijk. De ploeg was gelijkwaardig aan derdeklasser WDS, maar voor het doel waren de Ouderwaternaren vele malen gevaarlijker dan de bezoekers. De bezoekers toonde zich alleen een stuk effectiever. Voor Akkermans was dit niet voldoende. “Ik ben wat teleurgesteld”, liet hij na afloop van het duel weten. Het tekent tegelijkertijd de ambitie en het niveau waarnaar de vierdeklasser toe wil groeien.
“Ik hoop dat dit ons de ogen heeft geopend. Wanneer we op deze manier spelen dan staat een wedstrijd zoals tegen WDS ons te wachten.” Het toont de ontevredenheid aan die heerste bij Akkermans. Toch, de oefenmeester was positief en keek al snel vooruit. Denkend in verbeterpunten richtte hij zijn vizier al op de wedstrijd van morgen tegen Zwarte Pijl en de daaropvolgende eerste competitiewedstrijd.
“Zwarte Pijl is ook een goede tegenstander. We zullen kijken of we meer vastigheid kunnen krijgen, beter de ballen inspelen en beter in positie lopen.” Het was volgens Akkermans een van de aspecten die richting het begin van de competitie verbeterd moeten worden. “Het heeft te maken met het inspelen van het middenveld. Ik vond daarin Martijn de Goeij een lichtpunt. Hij was aanspeelbaar en verplaatste het spel goed.”
Het zal een punt worden waarop de oefenmeester scherp zal zijn. “We moeten het middenveld meer bereiken. We hebben goede middenvelders die we minder aan de bal kregen. Bijvoorbeeld Menno Venhof moet dan in de bal komen.” Het zal niet aan de kwaliteiten van de selectie liggen welk resultaat geboekt wordt. Wel aan de uitvoering van het in de week vooraf ontwikkelde plan. FC Oudewater merkte dinsdag dat het nog moet verbeteren, maar dat de selectie meer dan voldoende kwaliteit herbergt om in de vierde klasse hoge ogen te gooien moge duidelijk zijn.
Foto: PR